Vandaag, wat! vanmorgen vroeg! keek ik naar me zelf en kwam er achter dat ik gefopt werd, door? grijzen haren? De tanden des tijd, hadden me gebeten, veel langer geleden dan ik kon zien in de spiegel, slecht bij het scheren waren me die grijze haren op mijn kin, me wel op gevallen, door netjes te scheren waren die grijze haren, zo weg en het jonge uiterlijk kwam weer te voorschijn! en toen? de tijd liet me in de streek, groeide daar achter op mijn hoofd, heel langzaam, gemeen, grijzen, nu toch wel lange grijzen haren, zo lang en die nu glinsteren in de spiegel, door het tegen licht van de lamp en zo stond ik als vast genageld, aan de grond en werd ik opstaande voet drie, misschien wel vijf jaar ouder, tussen de aanblik en het beseffen van het, nu! Hoe verwoed, ik ook zat te plukken, grijzen haren verwijderde, veel verder als ergens ter hoogte van de slapen kon ik niet komen, al kronkelend, met een tweede spiegel, er naast, het! mocht niet baten en moest me gewonnen geven en verloor het gevecht van de eeuwige jeugd, die jeugd, die mijn trouwe met gezel was, tot op de dag, vandaag, vandaag word alles anders, vandaag hoor ik een beetje bij die grijsaards, ergens onder aan in de rij, gelukkig wel, maar toch, mijn trots heeft een opdonder gehad, ik had belooft nooit mijn haar te verven, dus aan die belofte hou ik me dan ook, al is de verleiding erg groot, deze te breken, wat ijdelheid? in de kast met jou, ik wil je niet meer horen praten, kom geniet van het grijze tijd perk, waar geen ontkomen aan is!
Een gedachte over “Beeld aan de wand of muur, valt voorover?”