Terwijl ik het boek van Wim Willems lees, uit gegeven, door mijn sponsor, uit mijn Duitse periode, Bert Bakker, Amsterdam, De titel, De uittocht uit Indië 1945-1995, een boek die me helpt te begrijpen wat er was en is en gelijk, die gedachte die door mijn hoofd schieten, dat parallel met het omschrijvende, in dit boek, dat mijn vader met zoveel anderen, juist naar, Indonesië gingen, dus een botsing, midden in mijn gedachte gang, te weeg brengen. Als het waren lees ik twee verschillende boeken te gelijk, getroffen ben ik door de duidelijkheid van de beschrijving van de situatie van die tijd 1945, want nog nooit had zich zo,n probleem voor gedaan in Nederland, een volksverhuizing en aan de andere kant een leger op de been brengen, die verloren bezit weer moest gaan redden? Want beide, verhalen zijn een onderdeel van mijn ontstaan en zijn.
En doet me ook begrijpen hoe ik opgroeide, bij opa en oma in Amstelveen, Amsterdam bij mijn vader, kinderhuis en rond mijn zesde, in Berg en Dal, goed af geschermd van mijn verleden, van mijn waren intentietijd, zo als al die nieuwe, ooms en tantes, ander opa en oma, andere ouders en aan hen as het ook niet echt gelegen dat ik me daar mee bezig hield en ik deed dat dan ook niet, wist ik veel? Als de Nederlander het al niet wist, hoe moest ik dan? Natuurlijk hebben mijn pleeg ouders wel wat door laten schemeren, maar wat moest ik daar mee? Het was niet tastbaar, ik was met witte kalk besmeert en zag dat ook in de spiegel. Waarschijnlijk mag ik blij wezen dat me de ervaring bespaart is gebleven van mijn land genoten en uit eindelijk blijkt jaren later, dat mij niets gespaard gebleven is, dat het alleen maar tijdelijk was, zo als je van een aap geen hond kunt maken of anders om! En dit moet voor mijn nieuwe ouders een harde klap zijn geweest, na al hun best wat ze gedaan hebben voor me, zelf meer als echte ouders waarschijnlijk zouden doen voor hun kind, neem ik aan.
Een bevoorrechte kans had ik, ten opzichten van vele land genoten, maar dit heb ik nooit zo kunnen zien, nog kunnen voelen en denk dat juist door dit boek, dit duidelijk maakt, terwijl ik vroeger het verschil wel bij mijn Indische vrienden kon zien die in het pension woonde, maar dat pension was ook mijn tehuis geworden, een deel van mij. En zo zie ik dan ook al die ogen om me gericht van Juffrouw en meesters op school en mijn naaste omgeving, van gaat het hem wel goed? En dit brengt me bij Juffrouw Werkhoven van Proje van Tuten of hoe je dat schrijft, het is van de Nederlandse kinderbescherming, die een paar keer per jaar balans opmaakte en deze kinderbescherming waakt nog steeds over me, dat onder vond ik in de eind jaren negentig, toen ik plannen had om wedstrijden, te gaan doen in Duitsland en dit laatste werd te sterkst af geraden.
En zo was die vuilnisbakkenras op gegroeid, dat is de naam waarvoor ik uitgemaakt werd, als of ik er aan kon doen, dat ik slechts was, wie ik was.
Gelukkig had ik vrienden die me namen voor wat ik was, want die waren er ook in dat land van mist.
Een gedachte over “Formule 1”